Fr

MEDIA

Guillaume Boutin denkt aan wat kan, door Fred Bouchar (MM)

Zaterdag 28 September 2019

Guillaume Boutin denkt aan wat kan, door Fred Bouchar (MM)

Er broedt en verschuift iets in het Belgische mediawereldje. Nadat onze persgroepen zich geruime tijd ingegraven hebben tegen de digitale mokerslagen van de Gafa, hebben ze eindelijk besloten om in de tegenaanval te gaan. Dat blijkt uit diverse recente initiatieven, zoals de Digital Media Trust, die voorgesteld werd tijdens de eerste Media Date van de UBA – die aantoont dat ook de adverteerders begrepen hebben hoe belangrijk het is de lokale content te ondersteunen, zoals Luc Suykens voor de gelegenheid herhaalde. En de bureaus treden in hun voetsporen: ze suggeren weliswaar geen ‘new deal’, zoals hun Franse collega’s, maar UMA-bonzen geven off the record toe dat ze misschien te hard gevallen zijn voor de lokroep van de Amerikaanse sirenes.
 
Die behoefte om de rangen te sluiten tegenover de Gafa lijkt ook door te dringen bij de telecom-operatoren, de gepatenteerde distributeurs van (onder andere) onze lokale content, die ondanks de opmars van OTT nog steeds onmisbaar zijn. Dat was in elk geval de duidelijke boodschap van Guillaume Boutin enkele dagen geleden, tijdens een uitverkochte BMMA-lunch.
 
In een toespraak die sommigen als opportunistisch zullen bestempelen (gezien de perikelen rond Pickx en de debatten rond het businessmodel van de ‘smart ads’), herinnerde de chief consumer market officer van Proximus aan de verticalisering van de Gafa. Hij verwees naar Apple, Google en Amazon die “uitgegroeid zijn tot majors’, elk met hun eigen operating system, hun eigen devices, hun eigen toegang tot data via voice assistants,… “Het toont dat ze hun controle op de waardeketen willen versterken, met de invoering van walled gardens die hun ecosysteem beschermen”.
 
“Die controlekwestie wordt kritiek, meer bepaald voor ons als operatoren en uitzenders: welke toegang, welke veiligheid is me gegarandeerd als ik me integreer in deze platformen, wat betreft mijn data, mijn content, mijn reach?” Tegelijk moeten we ons, aldus Boutin, collectief afvragen of het geen fundamentele kansen schept voor de ecosystemen die we vertegenwoordigen.
 
Volgens Boutin is het antwoord volmondig ja. “In de eerste plaats omdat we lokale content nodig hebben om relevant te zijn voor de consument, en als we ervan uitgaan dat het een fundamenteel element is voor de culturele ontwikkeling, dat het belangrijk is voor de pluraliteit van de standpunten, denk ik dat het hoog tijd is dat we de kans van deze structurele evolutie in de digitale wereld grijpen.”
 
“Het internet van morgen zal lokaal, gepersonaliseerd en privé zijn”, aldus Boutin. En om aan te sluiten bij deze evolutie, moeten we samenwerken, herhaalde hij. “Er is geen wereld denkbaar zonder symbiotische structuur van onze relaties. We moeten op onze beurt ecosystemen creëren die iedereen in staat stellen zich te ontwikkelen tegen de Gafa. De taart tussen Proximus en de broadcasters zal niet groter worden. Maar al wat we de Gafa kunnen afnemen, is een enorme kans voor de creatie van new business.”
 
“Dat is onze fundamentele boodschap”, hamerde hij, waarbij hij toegaf dat die niet altijd goed begrepen wordt. Wat een eufemisme is.
 
“De tegenbeweging tegen de wereld die de Gafa ons beloven, kan enkel weerklank vinden als we onszelf in handen nemen.” Hij had het zelfs over een momentum van 18 maanden, tot de komst van Disney+, Apple TV, en konsoorten. Over de door zijn bedrijf opgestarte Data Digital Alliance zei hij: “We willen onze Belgische walled garden creëren, de reclame-inkomsten terughalen naar de lokale spelers.” Hij ging het heikele, netelige dossier van Pickx niet uit de weg: “We hebben voor onze eigen deur geveegd om ervoor te zorgen dat al het bereik op onze platformen blijft. Als hun gebruikservaring niet optimaal is, bestaat het gevaar dat we het vertrek van dit bereik naar de Gafa aanmoedigen.” Proximus zou willen garanderen dat de kijker “altijd slechts een klik verwijderd is van de RTBF, de VRT, RTL, enzovoort.
 
“Dat model moet lonend zijn voor de operatoren, de broadcasters en de adverteerders”, zei Guillaume Boutin. Hij toonde zich optimistisch over het beruchte platform voor targeted advertising, de smart ads waarover al maanden gepraat wordt, maar die nog steeds geen werkelijkheid zijn. “Het is niet ondenkbaar dat 30% van de reclamemarkt binnen vijf jaar targeted is”, voorspelde hij. Hij zweeg echter over de moeilijkheid om het met de regies eens te geraken over een eerlijke vergoeding voor de data. In het evangelie volgens Boutin wegen kritiek en getalm niet zwaar door tegenover de enorme uitdaging die de nieuwe platformrevolutie betekent voor onze kleine markt. En hij heeft misschien geen ongelijk.

Archief / MEDIA