Fr

INTELLIGENCE

Fake News of de impact van digitale desinformatie

Zondag 30 September 2018

Fake News of de impact van digitale desinformatie

Desinformatie, de filterende Facebook-bubbel en alternatieve feiten kenmerken deze tijden van post truth. De evolutie is niet zonder gevolgen voor het prisma waardoor we de wereld zien en heeft ook een aanzienlijke economische impact, ook voor de merken en de media. Reden genoeg voor Auxipress dat zich als Brand Intelligence specialist bezighoudt met de monitoring en analyse van de media, om zich over de kwestie te buigen. Met een bijzonder interessante whitepaper als resultaat. Een gesprek met Grégory Piet (Chief Data Officer) en Didier Chevalier (Chief Strategy Officer).

Waarom besloten jullie om deze analyse te voeren?
Didier Chevalier:
Als onderneming gespecialiseerd in de monitoring en analyse van informatie ten dienste van de positionering en reputatie van merken en organisaties, stelden we vast wat voor omvang en impact fake news vandaag heeft. Het fenomeen is uitgegroeid tot een belangrijke problematiek met aanzienlijke gevolgen. We wilden alle componenten onder de loep nemen om te zien hoe het werk. Daarom hebben we een tweedelige oefening gemaakt: enerzijds een bestudering van de context door Lucille Fitch, gevolgd door een cijferanalyse door Gregory die hier naast me zit. Het is essentieel voor een merk te weten of het een bepaalde informatie beheerst en of de informatie die de ronde doet negatief en schadelijk is.

Grégory Piet: Tegenwoordig vormen merken, media en meningen een krachtig ecosysteem. Om dat trio te beheersen, is een systematische benadering nodig, anders is geen enkele strategie mogelijk. De informatie, analyses en insights die we aan onze klanten leveren, zijn een eerste stap in het beslissingsproces dat hun in staat stelt proactief te handelen. Om de strijd aan te binden met de impact van fake news is een van de efficiëntste wapens de contextualisering en de anticipatie ervan. Daarom was het belangrijk te weten hoe fake news ontstaat en zich verspreidt.

De term fake news dekt meerdere ladingen. Welke definitie hanteren jullie in jullie whitepaper?
GP:
De term omvat inderdaad een amalgaam van verschijnselen, gaande van haat zaaiende uitspraken of propaganda, geruchten en pogingen tot destabilisatie tot journalistieke fouten. Wij vonden desinformatie de meest geschikte term, waarmee we verwijzen naar alle vormen van valse, onjuiste of misleidende informatie bedacht, gepresenteerd en verspreid met opzettelijk slechte bedoelingen.
 
DC: Desinformatie kan vele vormen aannemen en maakt gebruik van verschillende technieken, van de aanmaak van nepaccounts of sites om iemands reputatie te besmeuren tot de verspreiding van valse bewijzen, of zelfs het gebruik van bots om het bereik van virale berichten te vergroten. Soms neemt het verschijnsel zo'n omvang aan dat we kunnen spreken van infocalyps. Aldus is het vreselijke concept van de ‘post truth’ ontstaan, waarbij we moeten vaststellen dat de waarheid secundair is geworden en dat objectieve feiten minder invloed hebben op de waarheid. publieke opinie dan de kracht van emotie en persoonlijke overtuiging.
 
Jullie wijzen onder andere de sociale media met de vinger als verantwoordelijke voor de omvang van de problematiek.
GP:
Inderdaad. Zoals blijkt uit onderzoek dat Libération in 2017 voerde en waarin de activiteiten en het bereik van ongeveer vijftig Facebook-pagina’s van evenveel Franse media werden geanalyseerd, wijzigen de algoritmen van het sociale netwerk de toegang tot informatie en de verspreiding ervan. Ze kunnen dus een versterkende rol spelen in de verspreiding van fake news en informatie vernietigen. Wat we niet moeten vergeten, is dat - zoals uit onderzoek van het Massachusetts Institute of Technology is gebleken - desinformatie zich zes keer sneller verspreidt dan echte informatie - door mensen, en niet door robots. Dat creëert buzz en genereert clicks en dus inkomsten. Het is dus niet echt in het belang van sociale netwerken om fake news uit te roeien.
 
Zijn er bepaalde domeinen die kwetsbaarder zijn dan andere?
DC:
Volgens onze analyses is politiek het universum dat het meest te lijden heeft, met 24% van het fake news en Donald Trump als sterkst vertegenwoordigde persoonlijkheid. Sociale netwerken worden ook vaak geassocieerd met nepnieuws, maar ook bedrijven worden steeds mee getroffen, 13 tot 15% ondertussen.
 
Is het mogelijk in te schatten wat voor impact desinformatie heeft op merken?
GP:
Het is soms moeilijk te meten, maar er is een indirecte en directe impact, bijvoorbeeld voor klanten, maar ook voor de agenda en het communicatieplan van een merk. Een merk dat te maken krijgt met fake news, kan zijn agenda niet volgen zoals gepland en moet zijn communicatie aanpassen om de crisis op te lossen.
 
DC: Vandaar het belang van een anticipatieve (en niet curatieve) benadering. Voorkomen is beter dan genezen. Dankzij onze monitoring- en analysetools kunnen we een context detecteren die het ontstaan van fake news in de hand werkt of mogelijk maakt. Zo worden merken bijvoorbeeld meer blootgesteld aan fake news, als het gaat om politiek, milieu en gezondheid. Als we een crisis voelen aankomen, kunnen we nog voor ze uitbreekt tegenmaatregelen aanraden, zoals de inzet van betrouwbare externe influencers of andere vormen van PR.
 
GP: We analyseren vijf miljoen artikelen per jaar; ze zijn getagd volgens 12.000 trends gedefinieerd door 100.000 termen in het Frans en het Nederlands. We hebben tools ontwikkeld met onze eigen meetindicatoren en crisismodellen, met typische looptijden. Dit stelt ons in staat om de risicosectoren te identificeren. We kunnen de omvang van desinformatie, de impact op het merk, de snelheid en de mate waarin het merk zijn communicatie moet aanpassen meten. Kort samengevat, onze tools die geaggregeerd zijn in nuttige technologie, stellen ons in staat om over te schakelen van big data naar slimme data, om deze gegevens te detecteren en te vertalen in indicatoren en om een analyse of voorspelling te distilleren om snel advies of strategieën te bieden.

Archief / INTELLIGENCE